SARO bracht, op vraag van minister-president Geert Bourgeois, op 27 januari 2016 advies uit over het voorontwerp van decreet houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013.
Het kerntakenplan voor onroerend erfgoed legt nieuwe accenten inzake de rol van de Vlaamse overheid en de gemeenten. Ook de beperkte financiƫle middelen noodzaken een heroverweging van de uitgangs-punten van het onroerenderfgoedbeleid. De raad wijst er op dat verdere stappen noodzakelijk zijn. Zo vraagt de raad om een Vlaamse beleidsvisie erfgoed uit te werken. Deze Vlaamse beleidsvisie moet onder meer het kader uittekenen inzake de beoogde subsidiariteit in het onroerenderfgoedbeleid en moet de rol van de Vlaamse overheid en de lokale overheden verder duiden. Ook met het oog op het oplossen van het precaire financiƫle toestand zijn verdere stappen nodig (zoals aangekondigd in de beleidsnota onroerend erfgoed 2014-2019). Tevens vraagt de raad om voluit in te zetten op een selectief beschermingsbeleid en volwaardig beheer van onroerend erfgoed en dringt de raad aan op verdere afstemming tussen het onroerenderfgoedbeleid en het ruimtelijk beleid.